Van Vrhnika tot Stiermarken - Bewegingsvrijheid

Laten we de Primorska-snelweg volgen en na een paar kilometer afslaan richting Vrhnika, waar de wegwijzers ons helemaal naar het kasteel van Bistra leiden, waar sinds 1951 het Technisch Museum van Slovenië is gevestigd. Het museum is doordeweeks geopend van 8.00 tot 16.00 uur, behalve op maandag, van 8.00 tot 17.00 uur op zaterdag en van 10.00 tot 18.00 uur op zon- en feestdagen. Het meest indrukwekkende deel is de verkeersafdeling met enkele zeldzame exemplaren. Daaronder bevindt zich de eerste tram, die rond 1901 in Ljubljana reed en het oudste elektrische voertuig van Slovenië is. De entreeprijs, die 3,76 euro kost voor volwassenen en 2,92 euro voor studenten, omvat ook een rondleiding door de houtbewerkings-, jacht- en bosbouwafdelingen. In het idyllische groen van het kasteelpark kunnen degenen die de moed hebben verzameld voor een serieuzer "levensavontuur" ook besluiten om te trouwen. Als het er nog niet het juiste moment voor is, kunnen we onze nieuwsgierigheid bevredigen door het educatieve bospad van het museum te verkennen, dat boven het kasteel begint. Het pad is 2300 meter lang en de gemiddelde rondleiding duurt ongeveer twee uur. Langs de route staan informatieborden met fantasierijke karikaturen en korte teksten, die bezoekers op een leuke manier meer willen leren over het bos, de bosbouw en de bosetiquette. We hebben nog een lange dag voor de boeg, dus starten we de motor weer en rijden terug naar Vrhnika en over de oude weg naar Brezovica, waar de verleidelijke geur van gebakken kip, waar herberg Pr'Kopač beroemd om is, ons vanaf de weg lokt. We betalen 15 euro voor een hele kip en heerlijke stukjes wit krokant vlees, trakteren onszelf op een dessert en gaan met een volle maag op weg naar de nieuwe kilometer.

Middag omweg
We "snellen" weer over de snelweg, maar dit keer in de tegenovergestelde richting, richting Stiermarken. In hartje Slovenië, bij de afslag Vransko, rijden we een dorpje binnen, gelegen in een vredige groene vallei, en na slechts een kilometer bereiken we het plein. Volgens de legende was er ooit een meer op deze plek waar duizenden kraaien leefden. Nadat het meer was opgedroogd, ontstond er een nederzetting, vernoemd naar deze moerasbewoners. Vransko staat bekend om zijn talrijke historische en natuurlijke bezienswaardigheden. Maar het meest interessant voor ons is dit keer het privémuseum van de Vransko Motoren, gelegen in het centrum van de stad en elke dag, behalve maandag, geopend van 10.00 tot 18.00 uur. Het museum, met ziel gebouwd, toont de ontwikkeling en geschiedenis van de motorsport op een overdekte oppervlakte van 400 m2 voor 4 euro. De collectie bestaat uit ongeveer 140 motorfietsen uit alle tijdperken. Daaronder bevinden zich motorfietsen uit het begin van de vorige eeuw, waarvan sommige zeldzame exemplaren van wereldklasse zijn. Onder hen vallen de Indian Scout en Ner-A-Car motorfietsen uit de jaren 20 op, evenals de Ariel en, een van de zeldzaamste en duurste motorfietsen, de viercilinder Indian uit de jaren 30. Ook militaire voertuigen uit de Tweede Wereldoorlog en talloze racewagens zijn te zien. Er is ook een collectie leren en canvas motorkleding, helmen en zelfs een uitgebreide collectie kentekenplaten. De jongste bezoekers zullen het meest genieten van de collectie vooroorlogse blikken motorfietsen - speelgoed. De chocoladetempel van het museum is ook een geweldige plek voor het schone geslacht, waar we de ware lekkernijen van verschillende motormodellen nader kunnen leren kennen. Na een afwisselende rondleiding stoppen we bij de museumkroeg "Pri gromski streli", waar de eigenaar ons, onder het genot van een geurige koffie of een verfrissend biertje, graag meer vertelt over dit onderwerp en, indien gewenst, ons ook een oude film over motorrijden laat zien.

Avondtocht
We rijden terug naar huis over de oude weg en testen onze rijvaardigheid in de bochten – uiteraard rekening houdend met de verkeersregels. We vergeten niet te stoppen bij de traditionele Trojaanse donuts, waar je er zes gratis bij krijgt als je er zes bestelt. En als ze ons onderweg niet bekoren, bewaren we ze voor de avond, wanneer we ons moe en voldaan op de bank nestelen en de avond in de stijl van onze reis afsluiten. Met een donut in de hand kijken we ook naar de film Motorcycle Diaries (Diarios de motocicleta) uit 2004. De film was gebaseerd op de reisverslagen van revolutionair Ernesto Che Guevara, die vlak voor het afronden van zijn studie geneeskunde met zijn biochemicus-vriend Alberto Granado een motorreis door Zuid-Amerika maakte. En misschien is dit een hint voor ons volgende avontuur.