Elke ochtend hetzelfde ritueel. De geur van vers gezette koffie, een kopje warm water in je handen: de dag begint. En dan blijft er onderin de pot nog iets over dat in de prullenbak belandt. Donkere koffiedik die onbelangrijk lijkt.
Koffiedik Het is een heel gewoon overblijfsel, maar het draagt iets bijzonders met zich mee. Er zitten nog voldoende voedingsstoffen in om planten biedt precies wat ze vaak missen: zachte aanmoediging. Stikstof, wat kalium, sporen magnesium, calcium... alles in natuurlijke vorm, zonder kunstmatige toevoegingen.
Maar het gaat niet alleen om de compositie. Het is een gebaar. Als je besluit om iets in het dagelijks leven anders te gebruiken, verandert ook je relatie met je huis, met planten en met de natuur. Je koopt geen preparaten meer met glimmende etiketten. Je zoekt geen snelle oplossingen.
Hoe maak je meststof van koffiedik?
Het proces is eenvoudig – bijna net zo ontspannend als het zetten van koffie zelf. Laat het bezinksel eerst afkoelen. Spreid het vervolgens uit om te drogen. Niets ingewikkelds, gewoon een beetje geduld. Als het droog is, meng je het met water. Koud, schoon water, zonder toevoegingen. En dan wacht je. Twee tot drie dagen, niet langer.
Gedurende deze tijd trekt het water langzaam alles wat nog in het koffiedik zit, eruit. Alsof hij iets anders tot leven wil brengen. Zodra u de vloeistof zeeft, houdt u een milde, natuurlijke meststof over. Geen geur, geen agressiviteit, geen chemicaliën.
Wanneer je het in een gieter giet en er een bloem mee bewatert, doe je iets eenvoudigs, maar toch diepgaands. De aarde neemt het geluidloos op, de wortels komen tot leven, de bladeren spannen zich op als om dankjewel te zeggen. En je hebt het gevoel dat je deel uitmaakt van iets groters.
De bladeren worden levendiger, de grond wordt losser en de lucht rondom de plant wordt frisser. En dan voel je je ineens niet meer als een tuinier, maar als iemand die weet hoe hij naar de natuur moet luisteren. Zoals iemand die kansen ziet in wat anderen weggooien.
Koffiedik het is dus niet langer een onbeduidend overblijfsel. Het is de band tussen jou en je planten. Het is de brug tussen gewoonte en bezorgdheid. Het is het stille bewijs dat dingen waardevol worden als we er met andere ogen naar kijken.