Toegegeven, we waren allemaal een beetje bang. We vreesden dat Lotus gewoon weer een merk was geworden dat zware elektrische SUV's produceerde voor mensen die dachten dat "dynamisch rijden" neerkwam op versnellen naar het volgende stoplicht in het winkelcentrum. We dachten dat de geest van Colin Chapman – die briljante en obsessieve ingenieur die "vereenvoudig en lichter" riep – eindelijk was verdwenen onder het gewicht van lithium-ionbatterijen. Maar we hadden het mis. O, wat hadden we het mis. Hier hebben we de Lotus Theory 1. En het is niet zomaar een auto. Het bewijst dat de natuurkunde nog steeds klopt en dat de toekomst niet saai hoeft te zijn.
Laten we eerst één ding duidelijk maken: het heet Lotus. Theorie 1 (Theorie 1). De naam klinkt als de titel van een saai proefschrift over kwantummechanica, maar het is eigenlijk het meest opwindende dat Hethel (of beter gezegd, hun wereldwijde studio) heeft voortgebracht sinds ze erachter kwamen dat ze een Honda-motor in een Elise konden proppen. Het is een concept dat schreeuwt: "We kunnen het nog steeds!"
In een wereld waar elektrische supercars net zoveel wegen als een kleine kerk, heeft Lotus een wonder verricht. Het streefgewicht van deze auto is minder dan 1600 kg (3527 lbs). Voor een benzineauto zou dat "oké" zijn, maar voor een elektrische auto met vierwielaandrijving en 1000 pk is het bijna magie. Ter vergelijking: de Lotus Eletre, hun SUV, weegt ongeveer net zoveel als twee Theory 1's en een halve Miata.



Getallen die de geest verwarren
Laten we eens kijken naar de "droge" statistieken, die allesbehalve droog zijn. De aandrijflijn ontwikkelt een brute 735 kW (987 pk). Dat betekent dat dit ding in minder dan 2,5 seconde van stilstand naar 100 km/u (62 mph) kan accelereren. Dat is sneller dan het lezen van deze zin. Topsnelheid? 320 km/u (199 mph).
Maar bij elektrische auto's vragen we ons altijd af: "Hoe lang duurt het plezier?" Lotus heeft een accu van 70 kWh ingebouwd. Dat klinkt misschien klein vergeleken met monsters van meer dan 100 kWh, maar vergeet niet: lichtheid. Een kleinere accu betekent minder gewicht, minder gewicht betekent betere dynamiek. En toch beloven ze een actieradius van 402 km (250 mijl) volgens de WLTP-norm. Genoeg om twee passagiers te laten schrikken en toch thuis te komen.

Zitplaatsvolgorde: Ik, ik en… nog twee achterin
Dit is waar het echt interessant en nostalgisch wordt. De Theory 1 heeft drie zitplaatsen. De bestuurder zit in het midden. Ja, net als in de legendarische McLaren F1. Het gaat niet alleen om de "coole" factor, het is de enige juiste manier van rijden. Jij bent het middelpunt van het universum, de heerser van de weg, de kapitein van je ruimteschip. En aan elke kant, iets naar achteren geplaatst, bevinden zich twee passagiersstoelen. Perfect voor twee vrienden om te rijden, die de angst in hun ogen delen wanneer je het gaspedaal intrapt.
De deuren? Ze openen niet naar buiten, noch omhoog zoals bij een Lamborghini. Ze openen naar achteren en omhoog in een ingewikkelde pirouette, waardoor je zelfs in een krappe parkeerplaats in de auto kunt stappen zonder yoga te doen.

De auto die je ‘stuurt’ – Lotuswear™
En nu het meest bizarre, maar toch ingenieuze deel. Lotus heeft iets ontwikkeld dat ze Lotuswear noemen. Vergeet leer en plastic. Het interieur is bekleed met een "robottextiel", ontwikkeld in samenwerking met MotorSkins.
Het is niet zomaar stof. Het is iets levends. Er zitten kleine opblaasbare luchtbelletjes in de stoelen en het stuur die je haptische feedback geven. Als er een obstakel van rechts nadert, geeft de stoel je een zacht duwtje in de rechterkant van je ribben. In plaats van te piepen als een magnetron, communiceert de auto met je via aanraking. Stel je voor dat een auto je op je schouder tikt en zegt: "Hé, pas op, hoek." Het klinkt vreemd, maar in een wereld vol schermen is dit misschien wel de oplossing waar we op hebben gewacht. Knoppen? Geen. Als je ze nodig hebt, "blazen" ze zich op uit de stof. Als je ze niet nodig hebt, verdwijnen ze. Pure magie.

De uitdaging van 10
Er worden honderden verschillende materialen gebruikt in een moderne auto. Lotus zei: "Onzin." Voor Theorie 1 stelden ze zich ten doel om slechts 10 hoofdmaterialen te gebruiken op zichtbare oppervlakken. Gerecyclede koolstofvezel, cellulosecomposieten, gerecycled glas... Het is de filosofie van minimalisme op steroiden.
De motor en accu zijn niet zomaar een last, ze maken deel uit van het belaste onderdeel, net als in de oude Lotus 49. De achterwielophanging is direct aan de motor-/accubehuizing bevestigd. Dit is niet zomaar techniek; het is de kunst om al het overbodige weg te halen tot alleen de pure functie overblijft.



Conclusie: Is dit de redder van de ziel van de autosport?
De Lotus Theory 1 is, eerlijk gezegd, een concept. Je zult hem volgend jaar waarschijnlijk niet in precies deze vorm in de showrooms zien. Maar hij is belangrijk. Hij is belangrijk omdat hij laat zien dat de elektrische toekomst niet dik en stil hoeft te zijn. Hij laat zien dat het mogelijk is om een elektrische auto te maken die minder weegt dan een kleine maan.
Als Lotus erin slaagt om slechts 50 %'s met deze filosofie om te zetten in een productieauto – deze lichtheid, deze bestuurdersgerichtheid, dit gekke idee dat de auto een verlengstuk van je lichaam is en niet slechts een iPad op wielen – dan hebben we hoop.

De prijs? Dit wordt niet in de concepten genoemd, maar als het gebouwd zou worden, zou het waarschijnlijk net zoveel kosten als een klein eiland. Maar dat maakt niet uit. Wat belangrijk is, is dat Lotus (en hun eigenaren in Geely) hebben bewezen dat ze niet vergeten zijn wat autorijden betekent. Dat autorijden niet alleen gaat over van A naar B komen, maar over het gevoel wanneer de haren op je armen overeind gaan staan. En in Lotustheorie 1 Deze haren waarschuwen je voor de bocht.
Goed gedaan, Lotus. Maak dit nu alsjeblieft. En verander niets. Zelfs niet die vreemde stoelen.





