Grissini zijn krokante en dunne staafjes gistdeeg die in de Italiaanse keuken traditioneel als tussendoortje worden geserveerd. Ze worden vaak geserveerd met sauzen, kaas of prosciutto.
Broodstengels ze zijn lekker als tussendoortje of als toevoeging aan salades, soepen of andere gerechten. Ze zijn ook vrij eenvoudig thuis te bereiden, wat hun populariteit onder keukenliefhebbers vergroot.
De grissini-sticks moeten dun genoeg zijn om goed te kunnen bakken. Als je het recept volgt, kun je uitstekende grisini maken.
Krokante grissini
Ingrediënten
- 150 g wit tarwebloem
- 50 g volkorenmeel
- 50 g tarwegriesmeel
- 20 g zonnebloempitten
- 20 g gemalen lijnzaad
- 15 g sesamzaadjes
- 1 eetlepel pompoenpitten
- 5 g droge gist
- 3/4 theelepel zout
- 1 theelepel suiker
- 50 ml olijfolie
- ongeveer 100 ml warm water
- olie en water, voor coating
- een beetje zee- of Himalayazout om te bestrooien
Bereiding
- Bak de sesamzaadjes in een droge pan, daarna de zonnebloem- en pompoenpitten. Je maalt ze.
- Zeef volkoren en witte bloem. Voeg griesmeel, geroosterde zaden, lijnzaad en zout toe en meng.
- Meng suiker en gist erdoor, dan 100 ml water en olie, begin te mengen met een lepel en kneed het deeg met je handen. Voeg eventueel wat meer water of bloem toe.
- Bedek het deeg met een doek en laat het ongeveer een half uur op een warme plaats staan.
- Verdeel het in 20 balletjes van hetzelfde gewicht. Vorm van elk een stok van ongeveer 20 cm lang, dus net zo lang als de brede bakplaat waarin u ze gaat bakken.
- Leg het bakpapier op de bakplaat en verdeel de voorbereide grisini erover. Bestrijk ze met een mengsel van water en olie, voeg een beetje zout toe en plaats ze in een op 160 °C verwarmde oven. Bak gedurende 20-25 minuten of tot ze goudbruin en krokant zijn.
- Ze zijn meestal iets donkerder aan de uiteinden. Bewaar ze in een bakje met deksel.